Weddenschap (deel 1)

Weddenschap (deel 1)

[2017] Vijf jaar geleden gingen JW Fukkink van Leidsch Bier en ik een weddenschap aan. De inzet: één brouwsel bier. Het onderwerp van de weddenschap was de vraag of het PINT Bockbierfestival in 2016 nog een belangrijk bierfestival zou zijn. JW had daarover zijn bedenkingen vanwege de opkomst van alle nieuwe biertypen. Ik hield goede moed. En hoewel bockbier zijn status van enig grote Nederlandse speciaalbier allang heeft moeten afstaan, was het PINT Bockbierfestival afgelopen oktober weer bijzonder goed bezocht. Het is nog steeds ’s werelds grootste bierfestival dat gewijd is aan één biertype. Bockbier is springlevend. Een groep biersommeliers in spe brouwde afgelopen herfst zelfs een traditionele bock als onderdeel van de StiBON bieropleiding.

Het is dus hoogste tijd om de inzet te claimen. Een prijs die groter is dan destijds voorzien. Leidsch Bier is in de afgelopen jaren behoorlijk gegroeid en ‘één brouwsel’ is nu veel meer liters. Het leek JW en mij voor de hand te liggen dat het brouwsel een bockbier moet zijn. Maar niet zomaar een bockbier. Ik ben een groot voorstander van bieren die in hun ingrediënten of bereidingswijze iets typisch lokaals hebben. Maar welk lokaal ingrediënt kun je gebruiken voor bockbier?

De populariteit van op hout gelagerde bieren bracht de uitkomst. We gaan dit jaar een bier op klompen maken. In dit bierblog vind je een verslag van onze ervaringen. Net als bierbrouwen is klompen maken een traditioneel ambacht. Gelukkig was JW direct voor het idee te vinden, want een bier op klompen, dat bestaat nog niet. Nu deze horde genomen is, ontstaat de volgende vraag: van welk hout worden klompen eigenlijk gemaakt? Dat blijkt wilgenhout of populier te zijn. Een knotwilg is een kenmerkende boom voor de Nederlandse polder. Bovendien wist een traditionele klompenmaker uit de buurt van Leiden ons te vertellen dat populierenhout stinkt.

Alles wijst in de richting om voor de wilg in plaats van de populier te kiezen. Zeker toen we uitvonden dat in de bast van wilg een speciaal stofje voorkomt dat verwant is aan aspirine. De Prael heeft er ooit eens een antikaterbier mee gebrouwen. We hebben echter een probleem. Het gebruik van wilgenhout bij bierbereiding, daar is nergens iets over te vinden. Het hout is te zacht om er vaten van te maken. Alleen wilgentenen werden vroeger gebruikt om de duigen van een vat bijeen te houden en kwamen niet in contact met bier. De enige informatie die we over hout in bier en wijn konden vinden had betrekking op eikenhout, met een verdwaalde referentie aan kastanje. Dat eikenhout wordt getoast voordat het in contact met bier, wijn of whiskey komt. Ruw eiken geeft teveel tannines en een onprettige smaak aan het bier. Een wereld ging voor ons open. De temperatuur van het toasten heeft een enorme invloed op de smaak die het hout afgeeft: vanille bij 200 oC, toast bij 225 oC, amandel bij 260 oC, of branderigheid als het nog heter is. Of die temperaturen ook gelden voor wilg is de vraag. Wilgenhout is veel lichter dan eikenhout en brandt veel sneller. Vandaar dat voor buskruit houtskool van wilgenhout wordt gebruikt ,ontdekte ik als nutteloos feitje. Er is maar een manier om er achter te komen wat hitte met wilgenhout doet. Zelf toasten.

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.