Rolduc

17 jun Rolduc

[2019] Het mooie van het huidige bierlandschap is, dat je brouwerijen tegen komt op de meest bijzondere plaatsen. Zo was ik laatst op bezoek bij de abdij van Rolduc. Ik kende de plek van naam, als de plaats waar priesters opgeleid worden. Maar ik was er nog nooit geweest. De abdij ligt in Kerkrade, wat tegenwoordig ook wel Parkstad wordt genoemd. En groen is de omgeving zeker. Er herinnert weinig meer aan de mijnbouw.

Zoals je mag verwachten werd er ooit in Rolduc bier gebrouwen. Tot ongeveer 1750 weet Wim Eussen me te vertellen. Sinds een paar jaar heeft Wim met zijn collega’s van het brouwgilde de abdij zijn brouwerij teruggegeven. “Eigenlijk begon het met het destilleren van sterke drank”, vertelt Wim, terwijl hij op een klein koperen keteltje wijst. “Maar we kwamen er al snel achter dat we van dat destilleren dorst kregen.” En dus werd het idee geboren om dan ook maar bier te gaan brouwen. Die hobby nam steeds serieuzere vormen aan. “Op een mooie dag hoorden we dat het klooster een passende bestemming zocht voor de vele ruimtes die in het klooster leeg stonden. En wat is er nu passender dan een brouwerij?” Vrijwel iedere klooster had vroeger zijn eigen brouwerij, en Rolduc is daarop geen uitzondering.

De brouwerij is gevestigd in de oude wasserij van het nonnenklooster. Dat heeft als voordelen dat de ruimtes al helemaal betegeld zijn. Bovendien zijn er goede water- en stroom aansluitingen aanwezig. De brouwerij is gevestigd in een open ruimte met een groot glazen dak. Het heeft wel iets weg van een kas. Dat is niet ver bezijden de waarheid, verzekert Wim me. In de winter is het heerlijk licht, maar als het zonnetje gaat schijnen, loopt de temperatuur binnen al snel op., zelfs als de brouwketels niet opgestookt zijn. De brouwerij zelf is nog bescheiden. De installatie bestaat uit twee Speidel brouwketels van 50 liter, een soort bovenmaatse soepketels. Dat laat genoeg ruimte over voor een grote brouwerstafel, een bar en een minitentoonstelling van oude bierattributen. De kleine oefenbrouwsels worden hier gemaakt. Grotere producties worden nu nog uitbesteed. Maar het is de bedoeling die te zijner tijd ook in de abdij zelf te brouwen, verzekerd Wim me. Er is ruimte genoeg. Dat is in ieder geval geen probleem. Sterker nog, er is nog een tweede ruimte die dienst doet als gezellig proeflokaal en ontvangstruimte. Op dit moment produceert de brouwerij drie bieren: de Broenge (=bruine) Pater, een opvallend amber bier met 7% alcohol die zich niet snel met een ander laat vergelijken, een Blonde Non, een zachte tripel met 8% en een Zwaere Rolducker die eveneens 8% heeft en gemaakt is met honing uit de abdij. De bieren zijn niet gebaseerd op oude recepten uit de abdij. Ze zijn ontwikkeld door het gilde. Hoewel Duitsland letterlijk op een steenworp afstand ligt (als je een steen dertig meter weg kunt gooien), is het gamma eerder Belgisch dan Duits georiënteerd. Helemaal gek is dat niet. Je zit hier immers vlak bij het Drielandenpunt. Hoewel de brouwerij nu nog de naam gilde in zicht heeft, is het plan om die verwijzing naar de historie te laten vallen. Het geeft te veel verwarring. Bovendien komt Abdijbrouwerij Rolduc professioneler over.