
16 aug Sessiebier
[2018] Het is een aparte en nieuwe term ‘sessie bieren’. Het is een kreet die overgewaaid is uit de Engelssprekende landen, een beetje onduidelijk nog. Voor mij zijn het bieren met een wat lager alcoholpercentage dan gebruikelijk. Bieren waarvan je er wat meer tijdens een ‘sessie’ met vrienden kunt drinken. Bieren met 2,5% tot 4% alcohol. Van oudsher zijn de Britten de meesters van sessiebieren. Door een beperkende accijnswetgeving zijn bieren met een alcoholpercentage van rond de 3,5% daar gemeengoed geworden. Het zijn bieren die je met pints tegelijkertijd naar binnen slaat. Het is een van de redenen dat het in continentaal Europa nog wel eens uit de hand loopt. De gemiddelde Britse buik kan het volume aan bier wel aan, maar de lever is niet voorbereid op bieren met 5% alcohol of meer.
Inmiddels is er een mooie selectie aan bieren met minder dan 5% alcohol verkrijgbaar. Mij bevallen ze met dit warme weer. Iets meer smaak en pit dan de alcoholarme varianten, maar het bier zakt niet direct in je benen. Albert Heijn brengt met Brouwers 2.5 een prima dorstlesser op de markt. Simpel en doeltreffend. Maar het bier wordt links en rechts ingehaald door Trumer Hopfenspiel,: een fris pilsnerachtig bier met ook maar 2,5% alcohol en strakke, frisse citrustonen van de hop. Een natuurradler als het ware. Het is de ‘geheimtipp’ van iedere StiBON deelnemer die in Obertrum het felbegeerde diploma biersommelier heeft gehaald. Dankzij biersommelier Rick Kempen is het bier op de schappen van ‘s lands grootste super te vinden.
Session IPA’s zoals die van Brand en Grolsch hebben diezelfde frisheid van de hop. Het bier van Brand zoekt het wat meer in exotisch fruit, Grolsch zoekt het meer in de citrustonen. Het is een zeer geslaagd bier. Uit dezelfde stal komt Meantime table IPA uit Londen met eveneens 3,5% alcohol. Hierover kan ik kort zijn. In één woord ‘super’. Jammer dat het zo lastig te vinden is. Brouwerij Noordt uit Rotterdam brouwt een New England IPA met 3% alcohol. Het bier is troebel, zoals je verwacht, met tonen van limoen en sinaasappel. Een prima dorstlesser op een warme zomersdag. De Engelse bitters zoals Marstons EPA zijn voor onze smaak snel wat log. De Engelse hop maakt het bier aards en hier en daar is ook wel een botertje te ontdekken. Fris is het niet. Maar ja, Engeland staat ook niet bekend om z’n warme zomers.
Grolsch haalt niet alleen inspiratie uit het westen. In hun experimentele serie kwam ook een Berliner Weisse op de markt, te proeven tijdens de Week van het Nederlands Bier. Dit bier haalt zijn frisse zuurtje niet uit citrus, maar uit een melkzure vergisting. Mensen die dit bier te zuur vinden, mengen het met een scheutje limonadesiroop, zoals ook in Berlijn gebruikelijk is. Het zomerbier van de Texelse brouwerij is Seumerfeugel, met 3,9% alcohol. Het is een witbier met een zoetje, een zuurtje en een zweem van zout uit de gebruikte zeekraal, wat het bier heerlijk volmondig maakt. Maar mijn favoriet van deze zomer komt uit Amsterdam. Oedipus Slomo is een Belgische grisette, kruidig met koriander en een licht zuurtje van witbier. Een explosie van smaak met niet meer dan 3,5% alcohol.
Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.